Ongeveer zeventig procent van het aardoppervlak bestaat uit water: dat is ruim 365,5 miljoen km² die niet gebruikt kan worden voor de bouw. Tenminste, dat zou je denken. Als het aan Drijvende Tuinen ligt niet. Doormiddel van blokken piepschuim creëren zij een stukje land, op het water. Echt Amsterdams was nieuwsgierig naar dit bijzondere project en sprak met Arno Baan, het huidige gezicht van drijvende tuinen.
Het idee voor de drijvende tuinen is ontstaan in de jaren zestig bij provo-voorman en kunstenaar Robert Jasper Grootveld(†’09). Na de wereld rondgereisd te hebben en terug te zijn van zijn zeereis had hij een nieuw doel; beroemd worden. Geïnspireerd door zijn bevindingen op de oceaan kwam hij op het idee om een onzinkbaar schip te maken. “En wat komt er dan in de Amsterdamse grachten aandrijven? Piepschuim! Hij is daar toen mee aan de slag gegaan”, vertelt Arno, die later in contact is gekomen met Jasper. “Ik heb Jasper leren kennen en heb samen met hem en zijn vrouw twee enorme drijvende tuinen gebouwd, van acht bij vierentwintig meter. Wij hebben ook nog een derde gebouwd, die heb ik toen geadopteerd. De Oceaan, genoemd naar Jasper zijn bevindingen en visie. Daar is de ruimte.”, vertelt Arno enthousiast verder.
Terwijl Arno verder praatte over de Oceaan, bleek hoeveel gewicht een drijvende tuin kan dragen. Op de Oceaan staan namelijk verschillende bomen, van een vijg tot een els. “Het is eigenlijk een soort zee-natuurpark”, zegt Arno lachend. “Zowel de onderkant (waar zich o.a. sponsen bevinden), als de bovenkant is een bron van leven. Dat gebeurt vanzelf, dat heb je niet in de hand. Het piepschuim, dat in blokken van 1 bij 1 bij 0,5 meter is gesneden, heeft een draaggewicht van 500kg per vierkante meter. Daarnaast is het zeer flexibel, waardoor het ideaal is voor op het water en bestand is tegen flinke golven.
Als wij vragen naar een verhaal dat Arno is bijgebleven, kan hij bijna niet ophouden met vertellen. “Ik heb zo veel meegemaakt. Zo veel mooie herinnerringen heb ik aan de Drijvende Tuinen”, begint hij. “Misschien is het ook wel een beetje het vrije leven dat mij zo aanspreekt”. Kleine tuintjes van een vierkante meter, een drijvend strand maar ook een groot platform op het water tijdens de Gay Pride zijn slechts drie voorbeelden waar Arno uitgebreid over verteld. Zijn passie voor wat hij doet komt duidelijk naar voren tijdens zijn verhalen.
“Amsterdam staat gelijk aan vrijheid. De drijvende tuinen en het idee van Grootveld past daar goed bij. De mobiliteit van een drijvende tuin legt je niet vast op één plek. De Drijvende Tuinen en Amsterdam vullen elkaar misschien wel aan”, legt Arno uit. Hij gaat verder: “Het uiteindelijke doel van de drijvende tuinen is dan ook iets bijdragen aan de wereld met de materialen die er al zijn. Dat is misschien ook wel die Amsterdamse brutaliteit, haha”
Een mooi Amsterdams streven om op een eigenwijze manier de stad te helpen. Gezien de creatieve manier waarop de Drijvende Tuinen bijdraagt aan Amsterdam, verdienen zij zeker de Echt Amsterdams Erkenning!